De pruimenboom

Toen hij nog fier rechtop stond was het een pruim, zo’n acht meter hoog. Hij stond met zijn appelboomvriendjes al jaren in de boomgaard. En gaf een overvloed aan heerlijke blauwe pruimen. Tot een paar jaar geleden toen de vruchten, als ze eenmaal begonnen te vallen, onrijp bleken te zijn. En dat jaar na jaar. Het opruimen van al die pruimen was een hels karwei.

We besloten tot een rigoureuze maatregel: de pruim moest eraf. Samen met een tuinmaatje zijn we hem te lijf gegaan. Hoge ladder erbij, touwen en de boomzaag. Heel voorzichtig de hoge takken er afgehaald, net zolang tot we de boom durfden te laten vallen.

Tevreden waren we dat het ons zonder problemen gelukt was. Toch knaagde er ook wat schuldgevoel: een gezonde boom kappen doen we liever niet. Daarom was het een opluchting toen we zagen dat de kern van de boom donkerrood was in plaats van licht bruin. De boom was ziek en daarom gaf hij onrijpe vruchten.

We hadden hem dus niet voor niets het lootje laten leggen. Pfff, dat scheelt.

Stormvogel

Geknakt hang ik achterover, met nog één nagel vast aan de paal. Een storm met windkracht 8 heeft me geveld. Wegvliegen wil niet meer, pleisters plakken ook niet. Ooit stond ik als fiere wachter de tuin te bewaken. Ooit was ik de stoerste en de sterkste. Tegen weer en wind bestand.

Het leven van een stormvogel is hard. Zo wordt je bewonderd, zo donder je van je paal. En het ergste is, je wordt zonder pardon afgevoerd naar het oud schroot. Maar wat het allerergste is, je wordt gelijk vervangen door een nieuwe vogel. Een vrouwtjesvogel nog wel.

Beeld: Gerrit van Emous

Dit ben ik in volle glorie.
Zeg nou eerlijk, daar kan toch geen vrouwtje tegenop.

Onder de kastanjeboom

De takken gaan vervaarlijk heen en weer, de regen striemt in mijn gezicht. Op uitgerekend de natste, winderigste dag van het jaar doe ik samen met een goeie vriendin de najaarssnoei. We zagen en knippen, slepen met takken en stammen. De wilgenhaag wordt gekortwiekt, de rode hazelaar met zijn lange staken gefatsoeneerd. Er komt weer licht en lucht in de donkere hoekjes van de tuin.

Aan het einde van de dag schuilen we onder de kastanjeboom. We raken aan de praat. Terwijl de regen valt en de schemering inzet vergeten we de wereld om ons heen. We merken niet dat het kouder wordt en vergeten hoe moe we zijn. Na een uur staan we er nog. De tuin is klaar, wij nog lang niet.

Voor Renie

Kabouterkruiwagen

Vanochtend trof ik dit tafereel aan in mijn tuin. Een omgevallen stoel en een kabouterkruiwagen. Ik had al een tijdje het vermoeden dat er kabouters in de tuin waren, maar nu weet ik het zeker. Kabouters staan bekend om hun voorliefde voor verse bamboe, geplukt bij zonsopgang. Onze tuin staat er vol mee.

Zo te zien is de kabouter ergens van geschrokken en op de vlucht geslagen. Misschien door de reiger die op weg was naar de vijver voor een lekker visje. Of de pauw van de buren die met opgestoken staart angstaanjagend indrukwekkend door de tuin kan schrijden.

Morgen sta ik vroeg op en verjaag ik de reiger en de pauw. Daarna breek ik wat verse bamboe af, leg die in het kruiwagentje en schrijf een briefje voor de kabouter.

Opti outie,
sens flare it
lamere hmmmm,
greewiefe


Voor de lezers die de kaboutertaal niet kennen, doe ik de vertaling erbij.
Lieve kabouter,
De kust is nu veilig

Eet smakelijk,
De tuinvrouwe

De vink die een eend wil zijn

In onze badkamer woont een jong eendengezin. Ze badderen in het bad, eten de muggen die door het openstaande raam naar binnen vliegen en rusten uit op de vensterbank. In de tuin woont een vink die op zoek is naar gezelschap. Hij of zij heeft zijn oog laten vallen op de eendenfamilie. Al dagen lang doet hij verwoede pogingen hun aandacht te trekken. Hij zingt zijn mooiste lied, voert kamikazeacties uit op het raam en poept op het kozijn. Niets helpt. De eenden kijken niet op of om.

De vink doet me denken aan een afgewezen minnaar die tegen beter weten in hoopt dat het toch nog goed komt. Of aan een premier die niet van ophouden weet. Arme vink, ik begrijp zijn verlangen en ga hem helpen. Ik verkas familie eend van de badkamer naar de tuin, waar ze een heuse vijver tot hun beschikking hebben. Ze gaan de vink leren zwemmen en kwaken. Als een liegbeest premier kan zijn, waarom een vink dan geen eend?