Ik ben op bezoek bij mijn 96-jarige oom in Zeeland. Hij woont in een verpleeghuis waar je de hele dag binnen kan lopen. Ik grijp mijn kans en loop de deur bij hem plat. Al neem ik daarmee het risico hem slapend aan te treffen, maar dat maakt me niet uit, dan ga ik gewoon de krant lezen.

Hij is fysiek niet meer optimaal, maar zijn koppie doet het nog prima. Hij volgt het nieuws, maakt zich druk over de formatie en vraagt altijd hoe het in Groningen is. Daarmee bedoelt hij niet of de tuin het goed doet. Nee, hij vraagt naar de gaswinning en of er nou eindelijk doorgepakt wordt en wat een schande het toch is hoe we behandeld zijn en …
Deze vraag stelt hij al sinds 2012, elke keer dat ik hem spreek. Waar er ook mensen zijn die afhaken van elke keer weer mijn verhalen over de gaswinning, blijft hij mijn meest trouwe en meest betrokken maatje.
Voor de zekerheid, je weet maar nooit, heb ik hem vandaag verteld hoe blij ik daarmee ben. Hij wuift het weg “dat is toch vanzelfsprekend”, maar voor mij is het dat niet.
Ik hoop dat hij de vraag nog lang kan stellen.
Voor J.