Ik skype met een vriendin. Zij woont in West-Canada, ik in Noord-Nederland. Opeens moet ze heftig niezen, recht in de microfoon. Ik deins achteruit en doe mijn arm voor mijn gezicht, uit angst om besmet te worden. We gieren het allebei uit, afstand houden is al mijn tweede natuur geworden. Ook als het niet nodig is.

We kletsen gezellig verder, af en toe onderbroken door een Canadese nies. Als we op het punt staan het gesprek te beëindigen, voel ik mijn neus kriebelen. Komt daar een nies aan, het zal toch niet waar zijn? Ik knijp mijn neus dicht, maar het mag niet baten. Vijf niezen later zeg ik haar met betraande ogen gedag.
De volgende keer hou ik voor de zekerheid mijn mondkapje op. Maar nu eerst naar de teststraat.
Voor Carla