Een weekje Zeeland, eindelijk weer op bezoek bij mijn oude oom en tante. Zo’n bezoek bestond tot nu toe uit veel praten, af en toe wat mantelzorg geven en een beetje vakantie houden. Deze keer was het anders. Ze hebben inmiddels zoveel hulp en zorg nodig dat me het gevoel bekroop de buurtzorg in de weg te lopen. Toekijken hoe anderen zorgen en zelf niets doen maakt me tot toeschouwer. Ook een gesprek voeren met oom en tante viel niet mee, hun leefwereld en aandachtsspanne is klein geworden en hun vermoeidheid groot.

Er restte mij niets anders dan vakantie te gaan houden. Geen straf natuurlijk met al dat strand en de zee, maar het was niet waar ik voor gekomen was.
Waar ik voor kwam is er niet meer. En straks zijn zíj er ook niet meer.