Een weekendje weg in de bossen bij Nijverdal. De zon schijnt, de vogels kwetteren en de eerste groene blaadjes tonen zich voorzichtig aan de wereld. We wandelen op de bonnefooi en zien wel waar we uitkomen.
Opeens staan we voor een grote begraafplaats met Canadese oorlogsslachtoffers uit WOII. Er staat een informatiecentrum naast, we gaan naar binnen. Niet omdat dat zo leuk is, maar omdat het móet.
Mijn keel knijpt dicht als ik de filmbeelden zie van veteranen die vertellen over de gruwelen die ze meegemaakt hebben. Eén voor één barsten ze in tranen uit over de oorlogsdaden die ze hebben moeten uitvoeren. Daden die hen hun hele leven hebben achtervolgd.

Ik lees over Oekraïense militairen, ooit geëmigreerd naar Canada, die in WOII meegevochten hebben met de geallieerden. Om Europa te bevrijden. Ik voel mijn woede toenemen over de houding van de NAVO die, nu Oekraïne zelf aangevallen wordt, niet bereid is te vechten voor hún vrijheid.
We wandelen verder. De zon is verdwenen, de vogels zijn stil, in de verte is het geluid van bombardementen te horen.